Plaats van de handeling is de berm van de Keucheniusstraat, tegenover het Graaf Ottobad.

Persbericht
GroenLinks en Stadspartij planten zeldzame weidegeelster terug

Zaterdag 12 maart plantten GroenLinks en de Stadspartij de weidegeelsterren terug die vorig jaar bij het Graaf Ottobad werden gered.

Toelichting
De weidegeelsterren werden in het vroege voorjaar van 2010 gered door twee natuurliefhebbers: André Jansen en Guido Nijland. Zij zijn ook lid van de gezamenlijke Groengroep van GroenLinks en de Stadspartij. De fraaie en zeer zeldzame bolgewasjes stonden langs de Keucheniusstraat bij het Graaf Ottobad ter hoogte van de Vijver. De plantenkenners groeven de aanwezige plantjes uit toen zij zagen dat er voorbereidingen werden getroffen voor de aanleg van een waterafvoerkanaal. Ze verdeelden de polletjes en zetten  ze tijdelijk in hun eigen tuinen. Nu de rust is weergekeerd, worden de fraaie planten met enig ceremonieel  teruggeplant.
GroenLinks en de Stadspartij betreuren het  dat de gemeente niet in de gaten had dat hier de zeldzame planten voorkwamen en had nagelaten om voldoende voorzorgsmaatregelen te nemen. Zij grijpen de gelegenheid aan om te pleiten voor een betere bescherming van alle zeldzame en kwetsbare soorten in deze stad.
GroenLinks en de Stadspartij stellen bovendien voor om de weidegeelster te benoemen als ‘ambassadeurssoort’ voor Zutphen. De actie om per gemeente een ambassadeursoort te benoemen komt voort uit het Biodiversiteitsjaar 2010 van de Verenigde Naties en wordt in Nederland gepromoot door de IUCN. Inmiddels hebben al enkele tientallen gemeenten een ambassadeurssoort gekozen. Zo koos de gemeente Brummen onlangs nog voor de knoflookpad. Met de ambassadeurssoorten wil het IUCN aandacht vragen voor de biodiversiteit  en voor de lokale betrokkenheid bij de natuurbescherming..De ambassadeurssoort kan gebruikt worden als uithangbord voor acties rond natuurlijke soortenrijkdom en draagt bij aan het beeld van Zutphen als groene stad.
De weidegeelster leent zich volgens GroenLinks en de Stadspartij heel goed als ambassadeurssoort voor de Torenstad omdat:
deze soort in Zutphen veel voorkomt, terwijl zij in de rest van het land een behoorlijk zeldzame soort is;
de weidegeelster als cultuurvolger kernmerkend is voor oude stadswallen, kerkhoven en hogere delen langs rivieren en daardoor goed past bij het oude karakter van Zutphen als cultuurhistorische plaats langs de IJssel;
de weidegeelster indicatief is voor een kwalitatief goed milieu, waarin weinig is gerommeld met de grond waarin hij staat. Weidegeelsterren gedijen bij duurzame instandhouding;
de weidegeelster in Zutphen voorkomt op plaatsen waar veel publiek komt: iedereen kan hem dus zien;
de weidegeelster een plantje is waar je gemakkelijk aan voorbij kunt lopen. Door er extra aandacht aan te besteden, gaan mensen beter kijken naar de natuur in hun stad;
de weidegeelster een heel mooie plant is, die zich heel goed leent voor (bijvoorbeeld) een logo of als afbeelding in presentaties over de stad.

De beide politieke partijen vinden dat de gemeente zich moet inspannen om de standplaatsen van deze (en andere) zeldzame soorten te behouden en om het publiek te informeren over de natuurwaarden in deze stad.

Beschrijving weidegeelsterren
Weidegeelsterren zijn bolgewassen die van nature thuishoren in droge rivierduingraslanden en graslanden in de binnenrand van de Noordzeeduinen. Dergelijke natuurlijke standplaatsen zijn in Nederland uitermate zeldzaam geworden. Ze groeien echter ook in een aantal steden langs de IJssel, vooral op oude stadswallen en in bermen. In Zutphen zijn ze onder meer vrij massaal te vinden op het bolwerk bij de Hanzehof, langs de Coehoornsingel, de Boompjeswal en de Martinetsingel, langs de Keucheniusstraat bij de Vijver / Graaf Ottobad en op de oude begraafplaats aan de Warnsveldseweg.
Weidegeelsterren hebben lange spitse bladeren, enigszins vergelijkbaar met krokussen. De bladen zijn echter  veel kronkeliger. Ze zijn niet groter dan 5 tot maximaal 20 centimeter. Hun fraaie gele bloemen tonen ze eind maart en in april.